RIEC thema's

Ondermijnende criminaliteit kent verschillende vormen. De tien Regionale Informatie- en Expertise Centra (RIEC’s) en het Landelijk Informatie- en Expertise Centrum (LIEC) leggen in hun aanpak de nadruk op vier thema’s: georganiseerde hennepteelt, mensenhandel en mensensmokkel, misbruik en fraude binnen de vastgoedsector, en witwassen en vormen van financieel-economische criminaliteit die daarmee te maken hebben. 

RIEC thema's

Mensenhandel en -smokkel

De Nationale Rapporteur Mensenhandel verstaat onder mensenhandel het werven, vervoeren, overbrengen, opnemen of huisvesten van een persoon met gebruik van dwang (in brede zin) en met het doel die persoon uit te buiten. Juist door het doel van uitbuiting valt een misdaad in de categorie van mensenhandel. Mensensmokkel is personen, bij het overgaan van internationale grenzen, illegaal begeleiden of vervoeren. Bij mensenhandel is soms ook sprake van mensensmokkel.

Uitbuiting is ingrijpend, treft vaak kwetsbare mensen en beschadigt slachtoffers zowel lichamelijk als psychologisch. Mensen die doorgaans al moeilijk grip hebben op hun leven worden volledig afhankelijk van criminelen. Die maken hiervan misbruik om er zelf beter van te worden.

Mensenhandel en mensensmokkel is sinds de start van de RIEC’s een gezamenlijk, landelijk RIEC-thema. Voor burgemeesters in onze regio is de aanpak van deze criminaliteit een prioriteit. Zie hiervoor ook de pagina van het Project Uitbuiting van Noord-Holland Samen Veilig in dit jaarverslag.

Casuïstiek

Onze partners meldden in 2021 op het Informatieplein, waar de betrokken organisaties signalen delen, vier keer een signaal over mensenhandel en -smokkel. Deze vier signalen zijn vervolgens gezamenlijk opgepakt als casuïstiek. Omdat er ook casussen uit voorgaande jaren liepen, behandelden we in 2021 in totaal negen mogelijke gevallen van mensenhandel en -smokkel. Vijf daarvan gingen over seksuele uitbuiting, drie over arbeidsuitbuiting. Eén casus draaide om mensensmokkel.

  • Afgelopen jaar liep er voor het eerst een RIEC-casus parallel aan een strafrechtelijk onderzoek naar mensenhandel. Aan de RIEC-casus werkten professionals van het opsporingsonderzoek van de politie, het Openbaar Ministerie, het basisteam van de politie, een gemeente en de Belastingdienst. De deelnemers hadden onderling regelmatig contact. Normaal krijgen partners zoals de gemeente pas na afloop informatie over het strafrechtelijke onderzoek, via een bestuurlijke rapportage. Op basis daarvan kunnen zij dan eventueel maatregelen nemen. Het voordeel van deze nieuwe constructie was dat we tijdens het opsporingsonderzoek afspraken konden maken over te ondernemen acties en dat we de informatie die hiervoor nodig was onder het RIEC-convenant konden delen met elkaar. Zo konden we in onderlinge afstemming en gericht actie ondernemen. Dit heeft onder meer geleid tot een aantal bestuurlijke maatregelen. Zo werden twee woningen gesloten en een aanvraag voor een escortvergunning geweigerd. Daarnaast kreeg ook de Belastingdienst dankzij de goede multidisciplinaire integrale samenwerking op tijd informatie. De fiscus kon daarmee aanslagen opleggen en derdenbeslag leggen op geld dat door de politie in het kader van het strafrechtelijk onderzoek in beslag was genomen. In de loop van het onderzoek werd duidelijk dat vervolging op beschuldiging van mensenhandel, zoals strafbaar gesteld in het artikel van het wetboek van Strafrecht 273f, waarschijnlijk moeilijk zou worden. Maar de acties van de RIEC-partners maakten het voor de verdachten, die in ieder geval schuldig waren aan het mogelijk maken van illegale prostitutie, wel moeilijker om door te gaan met hun activiteiten.
  • De Het Interventieteam schoonmaak van de Inspectie SZW (sinds 1 januari 2022 Nederlandse Arbeidsinspectie geheten) en de Belastingdienst hebben bij een casus die is begonnen in 2021 gezamenlijk de leiding gehad. Het gaat om een schoonmaakbedrijf dat afwassers levert aan horecabedrijven. Mensenhandel (zoals strafbaar gesteld in het artikel 273f van het wetboek van Strafrecht) is niet aangetoond, maar het bedrijf maakt zich volgens de inspectie wel schuldig aan zogenoemd ‘slecht werkgeverschap’. Dit betekent dat de onderneming meerdere wetten en regels in relatie tot arbeid heeft overtreden. Binnen deze casus willen we, naast de aanpak van het schoonmaakbedrijf, ook horecagelegenheden bewuster maken. Zij moeten weten dat een eerlijk bedrijf, dat zich aan wetten en regels houdt, nooit de lage prijs kan rekenen die zij betaalden voor de inhuur van afwassers. Met deze combinatie van repressie en bewustwording (preventie) hopen we dergelijke malafide schoonmaakbedrijven flink te dwarsbomen.

Ontwikkelingen, activiteiten en resultaten

  • Het aantal RIEC-casussen over mensenhandel ligt in onze regio lager dan het aantal dat je op basis van schattingen zou verwachten. Dat is ook zo in andere delen van het land. We willen meer signalen van mensenhandel binnenkrijgen en zo meer te weten komen over deze ondermijnende criminaliteit. Daarom zijn we in 2021, in samenwerking met medewerkers van het project Uitbuiting van Noord-Holland Samen Veilig, begonnen met de pilot Informatieplein Mensenhandel. Hier hebben RIEC-partners signalen van mensenhandel gemeld. Experts op het thema mensenhandel, die verbonden zijn aan een van de RIEC-partners, hebben vervolgens bekeken wat er met het signaal moest gebeuren. Door de pilot werken alle partners beter samen in de strijd tegen mensenhandel. Hoewel er hierdoor niet meer RIEC-casussen ontstonden, zijn er wel meer signalen gezamenlijk besproken. Hierdoor weten we meer over de kenmerken en grootte van mensenhandel.
  • De bovenstaande casussen laten zien dat mensenhandel, zoals strafbaar gesteld in artikel 273f van het wetboek van Strafrecht, in de praktijk ingewikkeld te bewijzen is. Dat komt onder andere door de verschillende criteria waar een zaak aan moet voldoen volgens het artikel. Wil je iemand succesvol vervolgen, dan moet er sprake zijn van bepaalde handelingen, van dwangmiddelen én van voordeeltrekken. Als je wilt bewijzen dat iemand dwangmiddelen heeft gebruikt, dan ben je sterk afhankelijk van de verklaringen van slachtoffers. Die verklaringen zijn er niet altijd, omdat de vaak kwetsbare slachtoffers niet altijd willen meewerken, bijvoorbeeld omdat ze zich geen slachtoffer voelen. Personen die strafrechtelijk niet voor mensenhandel vervolgd kunnen worden, kunnen we door de samenwerking in RIEC-verband wel met andere acties aanpakken. Daarom is de integrale multidisciplinaire samenwerking in RIEC-verband zo belangrijk.
  • De samenwerking met partners in de strijd tegen mensenhandel is mede door de bovengenoemde pilot Informatieplein Mensenhandel sterker geworden. Zo hebben we sinds 2021 niet alleen contact met de mensenhandel officier die bij het Openbaar Ministerie de politiezaken behandelt, maar ook met de mensenhandel officier die de opsporingszaken leidt van de Inspectie SZW (sinds 1 januari 2022 Nederlandse Arbeidsinspectie geheten). Daarnaast zijn collega’s van het Team Migratiecriminaliteit en Mensenhandel van de politie, van de Inspectie SZW, van de Belastingdienst, van de UWV, van de Koninklijke Marechaussee, en verschillende gemeenten aangeschoven bij het Informatieplein.
  • In 2021 hebben medewerkers van het Project Uitbuiting van Noord-Holland Samen Veilig, samen met het RIEC, zich ingezet om betere signalen te ontvangen van aandachtsfunctionarissen mensenhandel van gemeenten. Dit is o.a. via de webinars Basisniveau bestuurlijke aanpak en het webinar Signaleren en melden gebeurt. Ook kregen zij hulp om concrete meldingen van mensenhandel binnen hun eigen gemeenten goed af te handelen.

Georganiseerde hennepteelt

De productie van en handel in cannabis gebeurt in een grote, illegale sector. Bij de aanpak van de georganiseerde teelt neemt het RIEC Noord-Holland de hele cannabisketen onder de loep. We kijken niet alleen naar growshops, coffeeshops en hennepkwekerijen in woningen en bedrijfspanden, maar ook naar de mensen die diensten of producten leveren voor de teelt.

Casuïstiek

We behandelden binnen het RIEC Noord-Holland in 2021 in totaal tien casussen over georganiseerde hennepteelt. Drie daarvan zijn in 2021 gestart. De meeste casussen lopen ook nog in 2022.

De casussen verschillen sterk. Het kan gaan om dealen vanuit een woning, hennepplantages en misbruik van vastgoed, growshops of het mogelijk maken van plantages. Daarbij kan ook prostitutie een rol spelen. In deze casussen vonden we onder meer hennepplantages, grote geldbedragen, soft- en harddrugs, wapens en luxegoederen. We hebben ook voertuigen in beslag genomen en verschillende bedrijfspanden en woningen gesloten op basis van de Opiumwet. De Belastingdienst heeft bij één casus in totaal 235.000 euro aan aanslagen geïnd.

Criminelen houden zich bij georganiseerde hennepteelt vaak ook bezig met witwassen, productie of handel in (hard)drugs, vastgoedfraude en uitbuiting of mensenhandel. In een casus sloegen we bijvoorbeeld de handen ineen met medewerkers van het project Productielocaties Drugs van Noord-Holland Samen Veilig. Hier speelden synthetische drugs namelijk een grote rol.

In twee casussen had de criminele onderwereld van georganiseerde hennepteelt contact met de bovenwereld van vergunde coffeeshops. Juist binnen deze kwetsbare sector, waar de coffeeshophouder aan drugs moet komen en de georganiseerde misdaad daarom op de loer ligt, is het belangrijk dat de onder- en bovenwereld niet door elkaar lopen. Vergunde exploitanten moeten wegblijven van georganiseerde criminaliteit. Alleen gemeenten en de daarbinnen gelegen coffeeshops die meedoen met het experiment ‘gesloten coffeeshopketen’ mogen, onder voorwaarden, nauw samenwerken met telers die door de overheid zijn gekozen. Coffeeshops mogen in dat geval alleen hennep van die telers kopen, in voorraad hebben en verkopen. Ze moeten hiervoor een behoorlijke administratie op orde houden. Vanuit de regio Noord-Holland doet de gemeente Zaanstad de komende jaren mee aan deze proef.

In een andere casus moest een bedrijfspand dicht nadat we zeventig airco’s hadden gevonden die mogelijk gebruikt of bedoeld waren voor de georganiseerde hennepteelt (zie links en downloads).

Naast onze betrokkenheid bij de casussen hebben we verschillende gemeenten geadviseerd en ondersteund bij sluitingen van panden als er drugs waren ontdekt. Dat deden gemeenten op grond van artikel 13b van de Opiumwet.

Ontwikkelingen, activiteiten en Resultaten

Convenant Drugslocaties Noord-Holland
In 2020 hebben verschillende partners het convenant Drugslocaties Noord-Holland opgesteld: de gemeenten in de eenheid Noord-Holland, de politie Noord-Holland, het Openbaar Ministerie Noord-Holland, woningbouwcorporaties en -verenigingen, netbeheerders, drinkwaterbedrijven, waterschappen, intergemeentelijke sociale diensten en omgevingsdiensten. Zij hebben afgelopen jaar in de praktijk opgetreden tegen (de productie van) zowel soft- als harddrugs. Door het convenant kunnen ze beter samenwerken om de productie, verwerking, opslag en handel in drugs aan te pakken en bijvoorbeeld daders te laten opdraaien voor gemaakte kosten. Doordat de partners informatie snel uitwisselen, verbeteren ze de opsporing van hennepkwekerijen en drugslabs en pakken ze de verantwoordelijke criminelen beter aan. Zo betrok de politie vorig jaar de netbeheerder bij een ontdekte productielocatie.

Harmonisatie Damoclesbeleid
De ‘wet Damocles’ is een andere benaming voor artikel 13b van de Opiumwet. Hiermee kunnen gemeenten optreden tegen een coffeeshop die hun voorwaarden overtreedt. Ook hebben ze met het artikel een wapen in de strijd tegen drugshandel vanuit andere ruimtes, zoals cafés, winkels, woningen, loodsen en bedrijfsruimtes.

Verschillende gemeenten hebben het afgelopen jaar met de politie Noord-Holland hun zogenoemde Damoclesbeleid gelijkgetrokken. Daardoor heeft het voor drugshandelaren geen zin om zich te verplaatsen naar een ander dorp als hun pand wordt gesloten. De gemeenten Texel, Den Helder, Hollands Kroon, Schagen, Opmeer, Medemblik, Hoorn, Enkhuizen, Stede Broec, Drechterland, Beemster, Edam-Volendam, Wormerland, Purmerend, Waterland, Oostzaan, Landsmeer, Zaanstad, Uitgeest, Heemskerk, Beverwijk en Velsen hebben nu een geharmoniseerd Damoclesbeleid.

Als RIEC Noord-Holland hebben we het harmoniseren gecoördineerd. We gaan gemeenten ook adviseren over dit beleid en vragen andere gemeenten in onze eenheid aandacht voor het belang ervan.

We organiseerden meerdere netwerkbijeenkomsten in 2021. Een daarvan was een webinar in het najaar over recente ontwikkelingen op het gebied van artikel 13b van de Opiumwet.

Misbruik en fraude in de vastgoedsector

Je kunt op verschillende manieren frauderen met vastgoed. Denk bijvoorbeeld aan illegale verhuur en onderverhuur, uitbuiting van huurders of mensen onder druk zetten om hun woning aan derden te verhuren. Ook kunnen criminelen panden gebruiken voor activiteiten als illegale prostitutie of hennepteelt.

Ook het witwassen van crimineel vermogen met de aan- of verkoop van vastgoed komt regelmatig voor, net als het frauderen met inkomensgegevens om een (te hoge) hypotheek te krijgen. Criminelen vinden de vastgoedsector interessant om te gebruiken voor witwassen door het gebrek aan transparantie, de kleine kans om gepakt te worden en de vaak hoge opbrengsten. Soms misbruiken ze handig legale bedrijven en juridische en financiële dienstverleners. Denk daarbij bijvoorbeeld aan taxateurs, notarissen en accountants.

Casuïstiek

Het RIEC Noord-Holland behandelde vorig jaar zes casussen over misbruik en fraude in de vastgoedsector. Met een aantal waren we al in 2020 begonnen. De meeste casussen lopen door in 2022.

We verdachten iemand bijvoorbeeld van witwassen door de aankoop van vastgoed. Daarnaast zijn bedrijven die ondermijning mogelijk maken via vastgoed hun vergunning kwijtgeraakt na een ontdekking van fraude.

We hebben daarnaast bij lopende casussen hecht samengewerkt met collega’s van een deelproject van Maritieme Smokkel van Noord-Holland Samen Veilig. Die medewerkers bestrijden vastgoedfraude. We hebben ons netwerk vergroot en versterkt door samen te werken met de Autoriteit Financiële Markten en de collega’s van het genoemde deelproject.

Met verschillende overheidsinstanties hebben we binnen meerdere casussen gezamenlijke fysieke controles uitgevoerd. Hierbij keken we onder meer of de inschrijving in de Basisregistratie Personen klopte. Bij één casus kregen we het vermoeden dat er in het pand prostituees woonden.

Dankzij de multidisciplinaire samenwerking kreeg de gemeente in een bepaalde casus informatie die reden gaf om een aanvraag voor een huisvestingsvergunning te weigeren.  

Ontwikkelingen, activiteiten en Resultaten

Aanpak in ontwikkeling
Criminelen maken zich op verschillende manieren schuldig aan misbruik van en fraude met vastgoed. Daarom is onze aanpak ook veelzijdig en volop in ontwikkeling.

Eén van de deelprojecten van het project Maritieme Smokkel van Noord-Holland Samen Veilig gaat volledig over het aanpakken en voorkomen van misbruik met vastgoed. In dit deelproject ontwikkelen medewerkers manieren om criminelen te bestrijden op basis van kennis en ervaringen van het RIEC, dat signalen van ondermijning onderzoekt. Op onze beurt gebruiken we de kennis over de vastgoedsector uit het deelproject voor de RIEC-casussen. Zo versterken repressie en preventie elkaar. Publieke en private organisaties slaan hiervoor de handen ineen. Collega’s van het project Maritieme Smokkel hebben bijvoorbeeld verschillende masterclasses gegeven over de rol van notarissen in de vastgoedsector.

Ook gemeenten in onze eenheid ontwikkelen hun aanpak van vastgoedfraude en misbruik. Zo heeft een van de gemeenten de huisvestingsverordening aangepast, waarin zowel een vergunningstelsel voor woningsplitsing als voor verhuur per kamer is opgenomen. Met strengere regels voor kamerverhuur, woningsplitsing en toeristische verhuur wil de gemeente ondermijning bestrijden, wijken leefbaar houden en zorgen dat mensen prettig in de panden kunnen wonen.

Netwerkmakelaar
We hebben in 2021 ons netwerk van medewerkers van verschillende partnerorganisaties met specifieke kennis van vastgoedfraude verder uitgebreid. Daarnaast heeft het RIEC Noord-Holland als zogenoemde informatie- en netwerkmakelaar partners geholpen door gegevens te delen of expertise te zoeken bij een andere RIEC-partner. Zo heeft het RIEC geregeld dat een partnerorganisatie hulp kreeg van een expert uit een vastgoedwerkgroep van het RIEC Amsterdam-Amstelland.

Daarnaast hebben we contact gehad met de zogenoemde Landelijke Fenomeentafel Vastgoed van het Landelijk Informatie- en Expertise Centrum (LIEC), dat ook ondermijning bestrijdt. De signalen van en kennis over misbruik met vastgoed hebben we laten zien aan het LIEC, dat met deze informatie een landelijk beeld van het probleem kan vormen. We hebben ook vragen van partners, zoals gemeenten in de regio Waterland die kennis zochten over het sluiten van woningen, doorgegeven aan de fenomeentafel.

Witwassen en daaruit voortvloeiende financieel -economische criminaliteit

Criminelen verdienen soms veel geld en hebben daardoor een groot vermogen. Ze willen hun illegaal verkregen geld een legale status geven. Dit witwassen is bedoeld om te voorkomen dat de overheid hun inkomsten afpakt of dat ze kunnen worden opgespoord. Ze krijgen daarmee invloed op legale sectoren waar hun geld dan belandt en op mensen en ondernemingen die hen helpen te investeren.

De afkorting FINEC staat voor financieel-economische criminaliteit. Dit gaat vaak om fraude of oplichting van de overheid, financiële instellingen en burgers en bedrijven. Ook het mogelijk maken van fraude valt onder FINEC. Denk bijvoorbeeld aan corruptie en digitale middelen bieden om die fraude te plegen. FINEC en witwassen worden meestal onder één thema geschaard omdat ze in elkaars verlengde liggen.

Casuïstiek

Beverwijk en Heemskerk hebben voor belwinkels een vergunningsplicht ingevoerd (Beverwijk) of aangekondigd (Heemskerk). De aanleiding hiervoor is een casus waarbij deze ondernemingen witwassen en het zogenoemde underground banking mogelijk maakten. Bij die laatstgenoemde vorm van ondermijning verplaatsen criminelen zelfstandig geldbedragen zonder dat er banken aan te pas komen. De komst van de vergunningsplicht in Beverwijk toont goed aan hoe samenwerkende overheden en andere partners niet alleen criminelen aanpakken maar ook misdaad kunnen helpen voorkomen.

Bij een onderzoek naar witwassen en drugssmokkel op Schiphol zijn in Haarlemmeer verdachten aangehouden. Bij een andere casus raakten verdachten van witwassen luxegoederen en voertuigen kwijt. Daarbij voerden verschillende overheidsinstanties op een bedrijventerrein een multidisciplinaire controle uit en werden allerlei misstanden aangepakt. Burgemeester Marianne Schuurmans-Wijdeven zei in de media: “Het kan niet zo zijn dat iemand die op een legale manier zijn geld verdient en daar netjes belasting over betaalt, moet toezien hoe een ander de regels aan zijn laars lapt, met alle risico’s voor omwonenden en het milieu, daar fors geld aan verdient, in een dure auto rijdt en daar ook nog eens mee wegkomt.” Dit voorbeeld toont goed hoe ondermijnend witwassen kan zijn. Van bedrijventerreinen in verschillende gemeenten in Noord-Holland kwamen signalen van witwassen of FINEC. Overheidsinstanties reageerden door er gezamenlijke controles uit te voeren.


De overheid is regelmatig lang bezig met het innen van boetes en vorderingen. Het afgelopen jaar ging het om een paar honderdduizend euro op basis van acties die in voorgaande jaren zijn ondernomen. Denk bijvoorbeeld aan onderzoeken naar illegale hennepkwekerijen en naar witwassen met vastgoed. Ook liep er een casus waarbij een bedrijf arbeidsmigranten zwart betaalde. Juist bij financieel-economische criminaliteit is het rechtzetten van misstanden en het bedrag afpakken dat niet aan de Belastingdienst wordt afgedragen zeer belangrijk; misdaad mag niet lonen.

Afgelopen jaar doken regelmatig nieuwsberichten op over mensen die bij controles een paar duizend euro tot tonnen op zak hadden. Dat gebeurde ook in Noord-Holland. Een politiecontrole leidde tot een serie acties. Zo had een persoon meer dan 10.000 euro bij zich. Later werden bij een huiszoeking verschillende waardevolle goederen gevonden. Voor het geld en de goederen kregen we geen geloofwaardige verklaring. Door onze multidisciplinaire samenwerking ontdekten we dat de betrokkene al jaren een uitkering ontving maar ook criminele inkomsten had. Die uitkering wordt teruggevorderd. Een eventuele verkeerde aangifte van de inkomstenbelasting heeft voor deze persoon ook nog gevolgen. De casus laat zien dat informatie-uitwisseling en de afstemming tussen verschillende overheidsinstanties nodig is om criminelen goed aan te pakken.

Ontwikkelingen, activiteiten en resultaten

In 2021 zijn witwassen en FINEC weer een van de meest genoemde onderwerpen binnen de RIEC-thema’s. In bijna elke casus duiken ze op. Criminelen willen met hun meeste activiteiten geld verdienen, maar die inkomsten zijn illegaal en willen ze daarom ‘witten’. Na de criminele activiteit zelf is het witwassen van het verdiende geld dan het tweede onderwerp in een zaak. Maar vaak gaat het ook enkel om witwassen of FINEC.

Projecten Financial Intelligence Team en Intensiveren Afpakken
In de strijd tegen witwassen en daaraan gerelateerde financieel-economische criminaliteit vinden RIEC-partners elkaar ook in twee projecten van Noord-Holland Samen Veilig: het Financial Intelligence Team (FIT) en Intensiveren afpakken.

Het FIT wil geld en goederen afpakken van iemand die niet kan verklaren hoe dat vermogen met legale inkomsten is betaald. Medewerkers van het project Intensiveren afpakken houden zich vooral bezig met preventie. Zij kijken met name naar de maatschappelijke gevolgen van bestuurlijke, strafrechtelijke en fiscale afpak-acties. Is er misschien schuldhulpverlening nodig? Moet de gemeente een maatschappelijke werker naar een gezin sturen?

Daarnaast zien we de samenleving steeds digitaler worden. Dat wordt versterkt door de maatregelen ter bestrijding van corona. Door het digitaal aanvragen van overheidssteun en via internet bestellen en crimineel zakendoen, hebben criminelen meer kansen om financieel-economische misdaad te plegen.

Fraude financiële steunregelingen corona
Criminelen blijken de steunmaatregelen, die de overheid tijdens de pandemie in het leven heeft geroepen, te hebben misbruikt. Denk daarbij aan de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo), de Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid (NOW) en de Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL). De aanvraag en afhandeling gebeurt vooral digitaal. Hierdoor is het lastig om grondig te controleren of iemand recht heeft op steun. En dat is toch al moeilijk, aangezien er een heleboel aanvragen binnenkomen. Hierdoor ontstaat het gevaar van misbruik.

We hebben de fraude bij verschillende uitvoerende of controlerende instanties onder de aandacht gebracht of hen gewaarschuwd voor mogelijke aanvragen. Zij hebben ten opzichte van 2020 de verzoeken om steun kritischer beoordeeld. Ze hebben de aanvragers onder meer extra vragen gesteld. Sommige uitkerende diensten zijn overigens geen RIEC-convenantpartner. Daardoor mogen we niet altijd informatie uitwisselen.

image